Eric Antonis

Datum publicatie: september 2022

De man die Turnhout cultuur leerde smaken.

Harry Baeken en Rita Dries met dank aan Jonathan Antonis en Hubert Aerts.

Als dit ledenblad verschijnt maakt ons C.C. De Warande zich op om zijn 50ste verjaardag te vieren. Reden te over voor het Bezemklokje om op interview te gaan bij Jonathan, zoon van een van de grondleggers van de Warande: Eric Antonis.

Biografie
Op 6 juli 1941 werd Eric als tweede kind het gezin Antonis geboren in het moederhuis Maria Gabriël in de Korte Begijnenstraat in Turnhout. Hij groeide samen met zijn zus Ina op in de Driezenstraat, liep school in het St.-Jozefcollege in de Collegestraat om nadien verder te studeren in Utrecht en in Gent. Hij behaalde diploma’s in rechten, geschiedenis, onderwijs en bibliotheekwetenschappen. Eric begon zijn loopbaan als leraar geschiedenis eerst in het Koninklijk Atheneum in Heist-op-den-Berg en daarna in Het Spijker in Hoogstraten. Van 1968 tot 1972 werkte hij als bestuurssecretaris op het kabinet van toenmalig minister van Nederlandse Cultuur Frans Van Mechelen om daarna directeur-cultuurconsulent te worden van het C.C. De Warande in Turnhout. Deze post bekleedde hij tot 1988. Tussendoor werd hij gedetacheerd bij het kabinet van minister van Nederlandse Cultuur Rika De Backer als projectverantwoordelijke voor het internationaal Jaar van het kind. Van 1988 tot 1990 was hij directeur van Het Zuidelijk Toneel in Eindhoven. In het voorjaar van 1990 werd hij door de Antwerpse burgemeester Bob Cools gevraagd als intendant van het project Antwerpen ’93, Culturele hoofdstad van Europa, dat hij met succes in goede banen leidde tot 1994. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 1994 kreeg hij als onafhankelijke een plaats op de lijst Antwerpen’94, een kartel tussen de CVP en de Volksunie. Hij werd schepen van cultuur, bibliotheken en monumentenzorg van de stad Antwerpen en bleef dit tot hij in 2004 met pensioen ging.

Als schepen van cultuur kreeg hij veel waardering als promotor van de Zomer van Antwerpen en als initiatiefnemer van de bouw van het MAS (museum aan de Schelde), de Permekebibliotheek, het Felixarchief, de reorganisatie van het Toneelhuis en HETPALEIS (theater). Hij kreeg meerdere cultuurprijzen van verschillende steden, van de provincie en van de Vlaamse Gemeenschap.

Eric Antonis overleed in Antwerpen op 14 november 2014 op 73-jarige leeftijd en werd bijgezet op het Erepark van de Antwerpse begraafplaats Schoonselhof.

Cultuurcentrum De Warande: voorgeschiedenis in een notendop
Al van in de negentiende eeuw stond op de gronden van de huidige Warandegebouwen het gasthuis Sint Elisabeth, eigendom van het toenmalige OCMW van Turnhout en beheerd door de Gasthuiszusters Augustinessen. Na de verhuis van het ziekenhuis naar de nieuwbouw in de Rubensstraat werden de leegstaande gebouwen enkele jaren gebruikt door de academie voor schone kunsten. De stad Turnhout met als toezichthoudende overheid het ministerie van binnenlandse zaken kocht na een derde raming de gronden voor 15 miljoen Belgische frank met als voorwaarde dat het terrein moest bestemd blijven voor openbaar nut. De onderhandelingen over de verkoop startten in 1956. In 1962 werden architecten Vanhout, Wauters en Schoeters aangesteld voor het opmaken van een eerste ontwerp met raming voor het bouwen van een cultuurhuis met o.a. een theaterzaal, vergaderzalen, een tentoonstellingsruimte, een bibliotheek, een ondergrondse parking, ruimte voor de kunstacademies en een archief. Een eerste raming bedroeg 140 miljoen. De stad dacht aan 90 miljoen en dus werd de realisatie opgedeeld in fases. Het definitieve voorontwerp werd goedgekeurd in 1966 en in 1967 legde minister Van Elslande de eerste steen. In 1972 betrokken Hubert Aerts, Rita Geudens e.a. het gebouw dat in oktober 1972 plechtig geopend werd en de naam de Warande kreeg. De leiding werd toevertrouwd aan Eric Antonis.

Cultuurvader
Eric Antonis heeft geschiedenis geschreven. Al van in de jaren zestig oefende hij een sterke invloed uit op de culturele ontwikkeling van Vlaanderen. Iedereen uit de kunstwereld,van toeschouwer over kunstenaar tot beleidsvoerder en minister van Cultuur heeft dankzij hem cultuur leren kennen en smaken.

Eric promootte het bouwen van kunstencentra in kleinere steden, zodat dicht bij huis dezelfde culturele activiteiten plaatvonden als in ‘de grote stad’. Het probleem hierbij was de financiering. Grote gerenommeerde gezelschappen laten optreden kost veel geld en ze hebben doorgaans veel en dure of ingewikkelde rekwisieten nodig. Kleinere CC moeten zich daarom ook richten tot kleinere binnenlandse gezelschappen die daarom niet minder succesvol blijken.

Eric is eveneens de grondlegger van kunstencentra als de Gentse Vooruit, de Antwerpse Singel, het Brusselse Kaaitheater en onze Turnhoutse Warande. Maar ook van heel wat kunstenfestivals, cultuurmarkten en kunstencentra leiden de roots naar hem. Ondanks het gegeven dat zijn naam ter sprake kwam in zoveel openbare functies herinnert Turnhout Eric als een bezield organisator en een minzaam man die zichzelf altijd op de achtergrond plaatste. Voor hem was cultuur van en voor iedereen en had cultuur in de brede betekenis van het woord een vredesmissie.

Geestelijke vader van de Warande
Eric maakte van de Turnhoutse Warande een artistiek oord in onze stad waar plaats was voor iedereen en voor elk initiatief of dat nu een breivereniging of een studio voor experimentele kunst was. Mensen van alle kleuren, maten, gewichten en culturen kregen tijd en ruimte in 'zijn' Warande, lang voor er sprake was van multiculturaliteit en interculturele samenwerking. In die zin is hij een historische figuur en verdient hij een vooraanstaande plaats in onze Turnhoutse geschiedenis.

Tot aan de opening van de Warandeschouwburg in 1977, vonden er opvoeringen plaats in de inkomhal van het toen nieuwe Warandegebouw, voor de gelegenheid getooid met zwarte doeken en sporttribunes. Dit betekende een hele vooruitgang na jarenlang theateroptreden in het Kursaal op de Grote Markt. Al was dit laatste heel bijzonder: onderaan bevond zich het zwembad en op de bovenverdieping een theaterzaal voor 1200 toeschouwers. Onder auspiciën van het Davidsfonds werden hier vooral klassieke toneelstukken gespeeld. Eric vond het zijn taak om dit bestaande programma uit te breiden en te vernieuwen, de bezoekers warm te maken voor het onbekende en grenzen te verleggen. Voor de Kempen was dit baanbrekend … ook ‘gewaagde’ stukken werden geprogrammeerd. Eric wilde voor alles de afstand tussen het artistieke en de toeschouwer verkleinen, cultuur democratiseren.

In de jaren ’70 betekende het opstarten van De Warande een hele uitdaging, het moest en zou een succes worden, zo vond de toenmalige schepen van cultuur Richard Proost. In de beginperiode probeerde men aandacht te trekken door dingen te doen die mensen niet meteen van een CC zouden verwachten. Zo organiseerde men er een grote tentoonstelling over slangen en reptielen of met kanarievogels. De dagelijkse stempelcontrole vond er plaats in de inkomhal. De bedoeling was ofwel heel populaire dingen doen ofwel kansen geven aan  het amateurtheater of aan muziekgroepjes en zangkoortjes allerhande. Voor bourgeoistheater was in de Warande geen plaats. Sommigen vonden de Warande elitair maar de media klonken veelal positief over haar ietwat vreemde andere koers. In die periode werd Theater 42 opgericht om met kinderen, jongeren en volwassenen theater te maken. Gie Laenen was de eerste man die met deze groep werkte.Na hem is Matthijs Rümke, later directeur van Het Zuidelijk Toneel Eindhoven, hem opgevolgd. Met hem is de definitieve vormgeving van Theater 42 ontstaan. Acteurs als  Chris Nietvelt, Koen De Bouw, Bart Slegers en Stanny Crets kregen hier in De Warande tijd en ruimte om hun producties te maken met professionele coaching. Zo werden ze grote acteurs. Begin jaren ’80 werden theatergroep Het Gevolg en Theater Stap opgestart. Toch wel unieke initiatieven die zich nog steeds bewijzen.

Wat toenmalig Turnhoutenaar en minister van cultuur Prof. Dr. Frans Van Mechelen in de jaren ’70 waarschijnlijk niet zo onderkend had bij het in leven roepen van de CC was dat mensen op zoek waren naar ruimte om actief dingen te doen. Leden van alternatieve organisaties die niet tot de grote verkozen zuilen behoorden, kregen hier kansen. Volledig in navolging van de spirit van haar grondlegger bood en biedt de Warande nog altijd hierop een antwoord en stelt lokalen en knowhow ter beschikking aan verenigingen en organisaties die hierom vragen. Zo isbv. de vrijwilligersorganisatie DINAMO, geboren in en gegroeid uit de Warande, ondertussen uitgezworven naar meerdere locaties in de stad. Organisaties als Stripgidsen MOOOV vonden permanent een onderdak in de lokalen behorend tot de schouwburg. Theater STAP, Theater 42 en HET GEVOLG werden geboren in de Warande en leven nu succesvol een eigen leven…

Allemans vader
Eric Antonis trouwde en vestigde zich samen met zijn echtgenote en hun twee zonen in de Smalvoortstraat in Turnhout. Erics echtgenote was vaak zieken lag veel te bed zodat de zorg voor beide kinderen in sommige periodes grotendeels op zijn schouders terecht kwam. Dit laatste is niet zo evident want Eric was weinig aanwezig thuis. Vooral aan het begin van de jaren ’70 was hij gepassioneerd bezig met de bouw van de nieuwe Warandeschouwburg en vloeiden privé en werk in elkaar over. Beide zonen ervaarden dit als een zege. Zij werden nauw betrokken bij het hele warandegebeuren en hebben hieraan de beste herinneringen. Samen met papa de bouwplannen op de salontafel bestuderen staat nog in hun geheugen gegrift. Voor hen was de warandebouwwerf één grote speeltuin die geen geheimen kende. Gelukkig was er het warandepersoneel dat zich over hen ontfermde en zo werd de Warande hun tweede thuis. Ook overbuurvrouw Lydie die vormselcatechese gaf nam een belangrijk deel van de zorg voor de broers op zich. Na schooltijd even bij haar binnenwippen voor een kop warme soep of een vers gebakken wafel zijn ze nog niet vergeten. Nu herinneren beide broers zich hun vader als een ruimdenkend man die openstond voor elke andere mening. Streng maar rechtvaardig met als motto: ‘zorg dat je het goede doet’, zo niet volgden er strenge straffen die dankzij de uithuizigheid van vader niet altijd strikt uitgevoerd werden.

Ook wanneer het warandegebouw volledig in gebruik genomen was bleef vader Eric zijn zonen betrekken bij de vele initiatieven die zich aanboden. Wanneer in 1979 toenmalig minister van cultuur Rika De Backer naar aanleiding van Het jaar van het Kind Eric vraagt om gedurende één jaar in Brussel te komen werken grijpt hij de kans om bestaande  misverstanden te ontkrachten. Hij ijvert voor multiculturele samenwerking en neemt prompt een aantal allochtone mijnwerkerskinderen uit Winterslag mee naar Brussel om hen daar een forum te geven. Een nooit eerder geziene gebeurtenis die op het kabinet voor enige ophef zorgde. In alles zet hij het belang van het kind voorop wat niet altijd overeenkwam met de belangen die het kabinet nastreefde. Voor Jonathan en zijn broer waren dit nieuwe ervaringen. Vooral het leren kennen en proeven van ‘ander eten’ dan de dagelijkse Kempense kost is hen bijgebleven.

De Nederlandse periode waarin Eric als directeur en artistiek leider verbonden was aan Het Zuidelijk Toneel in Eindhoven betekende op verschillende domeinen een uitdaging. Van Eric werd verwacht dat hij de prestaties van het gezelschap op een hoger niveau zou brengen en dat terwijl er in Nederland al veel meer mogelijk was dan hier in de Kempen. Grensverleggende en/of uitdagende onderwerpen als gendergelijkheid, vrouwenemancipatie, seksualiteit en individualiteit werden daar, in tegenstelling tot zijn thuishaven, uitdagend en boeiend gevonden. Na twee jaar was zijn opdracht geklaard en gaf hij de fakkel door. Zijn rijke ervaring bracht hij mee naar Vlaanderen.

Eenmaal terug thuis breekt voor Eric een moeilijke periode aan. Zijn echtgenote overlijdt aan de gevolgen van een hersenbloeding. Bob Cools, burgemeester van Antwerpen, vraagt hem als intendant voor het project Antwerpen cultuurstad ’93.Creatieve Eric heeft grootse  ideeën, voelt zich geroepen cultuur te brengen voor elke burger in onze samenleving, botst hierover met politiek Antwerpen maar brengt Antwerpen ’93 tot een goed einde. Eerlijk met zichzelf vecht hij terug door zich als onafhankelijke verkiesbaar te stellen voor de Antwerpse gemeenteraad. Zijn plan lukt en als schepen van cultuur slaagt hij er in zijn plannen te verwezenlijken: Het MAS, het Felixpakhuis, de Permekebibliotheek e.a. worden een feit.

Vechten tegen de wind in was zijn aard, zijn Kempense volksaard. Financieel rijk werd hij er niet van, de cultuursector betaalt niet zo goed, maar op menselijk vlak voelde hij zich schatrijk. Schatrijk omdat zijn levenswerk, onze Warande, na 50 jaar nog steeds uitstraling geeft aan Turnhout tot ver buiten de grenzen.

Bronnen:
- de Standaard, 14 november 2014, Geert Van der Speeten.
- het Laatste Nieuws, 14 november 2014.
- Knack, 14 november 2014, Guido Lauwaert.
- Toneelstof: over de Vlaamse podiumkunsten in de jaren 60-90, Wouter Hillaert.
- https://www.wikiwand.com/nl/Eric_Antonis
- Interview 4 oktober 2021, Jonathan Antonis.
- Interview juni 2022, Hubert Aerts.

datum_art22: 
zondag, 16 oktober, 2022 - 12:00